‘Een nieuw Japans tijdperk’ is aangebroken, verklaarde de Japanse premier Shinzo Abe tijdens de slotceremonie van de Olympische Spelen in Rio de Janeiro. En om te onderstrepen dat de tijden in zijn land serieus waren veranderd, had hij zich verkleed als Super Mario, de wereldbekende Nintendo-figuur. Door de pandemie wijzigden de plannen. Nu gaan de Spelen wel door, maar zonder buitenlands publiek dat het nieuwe Japan kan bewonderen.
Hoe groot is de teleurstelling? En is er werkelijk een zelfbewust en trots Japan opgestaan dat de buitenwereld omarmt? Japankenner Freek Vossenaar ging op onderzoek uit. Van de vrouwelijke sushichefs en de manga helden tot de sumo worstelaars en de huwelijksmakelaars tot de campagne om de Olympische Spelen binnen te halen: hij zag veel obstakels en onzekerheid om de toekomst zorgeloos te kunnen omarmen.
De gevierde harmonie en de bewonderde tradities, ooit bindende krachten, zetten nu een rem op de ontwikkelingen. Moeizame relaties met de buurlanden, vergrijzing, de omgang met rampen als in Fukushima, de ondergeschikte positie van de vrouw, uitdijende steden in een land dat krimpt – in zijn fascinerende verhaal laat Vossenaar zien dat het Japanse verleden zich niet snel laat verjagen.
In gesprek met Jaap van Straalen.